Zij werd geboren op 27 maart 1925 te Rotterdam als dochter van David Boers (1889-1973) en Naatje Rebecca de Koning (1892-1927). Jet was nog maar 2 jaar oud toen haar moeder Naatje overleed. Bertha Catharina Haagens (1890-1977) kwam als huishoudster in het gezin en vader David en zij trouwden in 1929. Jet en haar oudere broer Sylvain (1920-2004) groeiden op in dit gezin, dat woonde aan Oost-Voorstraat 33 in Oud-Beijerland.  Haar vader had met zijn broer Pinas een bedrijf in huiden (leerlooierij).
Als Joods meisje heeft Jet niet zoveel vrijheid meer. Ze is verplicht een jodenster te dragen en in haar persoonsbewijs staat een ‘J’. Ze mag niet meer in het zwembad of bibliotheek komen en niet meer met de tram reizen.Haar leven is er niet eenvoudiger op geworden. Zeker niet nadat op 20 januari 1942 tijdens de Wannsee Konferenz door de nazikopstukken een ingrijpend besluit is genomen om het jodenvraagstuk op te lossen met een ‘verplichte evacuatie’ naar het oosten.
Een aantal Joden zal na de deportatie als gevolg van zware dwangarbeid bezwijken en voor Joden die deze ‘natuurlijke reductie’ overleven is een efficiënte ‘speciale behandeling’ bedacht. De eerste gaskamer in Polen is sinds eind 1941 in gebruik. Maar daarvan weten ze nog niets in Oud-Beijerland.

Jet Boers krijgt als een van de eerste in het dorp de ‘oproeping voor werkverruiming in Duitschland’  en ze moet zich op 14 augustus 1942 melden bij Loods 24 te Rotterdam. Zal ze onderduiken bij familie in Arnhem? Haar ouders willen dit graag! Maar Jet besluit anders: zij is solidair met de andere Joodse Beijerlanders die zich ook op 14 augustus moeten melden. En zo zien we Jet Boers op 14 augustus met haar vader, stiefmoeder en broer lopend over de Oostdijk op weg naar de tram die haar en onder andere de familie Rood naar Rotterdam zal brengen.

Jet neemt afscheid van haar ouders en broer. Zij zullen elkaar nooit meer zien. Vanuit Loods 24 moet Jet per trein naar Westerbork, het doorvoerkamp voor verder vertrek naar de concentratiekampen.  Ze is in Westerbork nog in gezelschap van Vrouwtje Rood en haar moeder, zo weten we uit een briefje van moeder Betje Rood-den Hartog. Jet Boers vertrekt met de familie Rood op 17 augustus 1942 met de trein naar Auschwitz en op 30 september 1942 eindigt haar leven in de gaskamers. De vader, stiefmoeder en broer van Jet Boers duiken onder en verblijven bij een familie in Apeldoorn. Zij zijn drie van de acht Oud-Beijerlandse Joden die de oorlog overleven.

Ter herinnering aan Henriëtte Boers, haar oom en tante Pienas en Emilie Boers-Beer, is er het Boerserf in Oud-Beijerland. Ook staat haar naam op het Joods monument  Amj’Israel Chai in Oud-Beijerland en op het Holocaustmonument in Amsterdam.

bronnen:

• Berg, Alie van den, Het Joods verleden van Oud-Beijerland,  Historische Vereniging Oud-Beijerland (2008)
• Dekker, Loek, Gerda den Hartog, Dini Heijden, Dick Snijders, Willy Spaan, Oorlog in de Hoeksche Waard 1940-1945, (Museum Hoeksche Waard 2015)
• Moei, Janneke de, In het net gevangen. Een joods gezin in de Tweede Wereldoorlog, (Sliedrecht 2003)

laatst bijgewerkt: 11 september 2024