
Hoeven, Pieter van der
Hij werd geboren op 12 januari 1926 in Piershil als zoon van Jan van der Hoeven (geboren te Zuid-Beijerland op 15 januari 1898) en Jozina Cornelia de Reus (geboren te Strijen op 24 februari 1901). Zijn ouders trouwden op 14 oktober 1920 in Numansdorp en samen kregen ze acht jongens. Pieter groeide op met zijn broers aan de Voorstraat nr. A 108 in Piershil, nu aangeduid als Voorstraat 8.
Verhuizen vanwege de inundatie
Het grote gezin werd uit elkaar geslagen toen in februari 1944 het bericht kwam dat Piershil moest worden geëvacueerd. De Duitse bezetter besloot in februari 1944 dat grote gebieden in de Hoeksche Waard moesten worden ontruimd, vanwege de voorgenomen inundatie van het gebied.
Vader en moeder kwamen met de jongste kinderen terecht op de Zuidzijde B149, een huisje bovenaan de dijk tegenover de boerderij van Van der Zande. Pieter werkte tot die tijd bij de aardappelhandelaar Franke, op de Kade van Piershil. Aardappelen moesten in de schepen worden geladen, die lagen aangemeerd in de haven.
Onderduik en arrestatie
Op een bepaald moment is Pieter ondergedoken, dit om aan de arbeidsinzet te ontkomen. Er bestaat een document (Sonderausweis) waarin staat dat hij in mei 1944 in Scheveningen werkzaamheden heeft verricht. De Duitsers waren daar bezig met het uitvoeren van verdedigingswerken. Vermoedelijk is hij na een verlofperiode niet meer teruggekeerd, iets wat door de Duitse instanties werd omschreven als ‘contractbreuk’.
Na zijn onderduiken is hij in de haven van Rotterdam terecht gekomen, bij familie, op de sleepboot ‘Stormvogel’. Op 11 augustus 1944 liep hij bij een controle tegen de lamp. Bij fouillering blijkt hij in het bezit te zijn van 57 bonspunten, een portemonnee met 2 cent en een tabaksdoos. Hij blijkt te zijn opgepakt door de ‘Wasserschutzpolizei’, maar wordt op 15 augustus overgedragen aan ‘Groep 10’ onder leiding van P. Erwich. Met als reden ‘Arb.inzet’ (lees: het ontlopen daarvan) wordt verzocht hem op te nemen in de politiegevangenis. Deze ‘Groep 10’, met aan het hoofd rechercheur Erwich, had een slechte naam in Rotterdam. Met veel ijver werd gezocht naar onderduikers. Veel joden en jonge mannen die niet in Duitsland wilden werken vielen ten prooi aan deze landverrader. Na de oorlog werd hij veroordeeld tot 8 jaar vanwege zijn aandeel.
De moeder van Pieter onderneemt een reis naar het politiebureau aan het Haagse Veer te Rotterdam, maar wat ze ook probeert, krijgt Pieter niet te zien.
Kamp Amersfoort en Kamp Neuengamme
Daarna verdwijnt hij uit beeld voor zijn familie want op 29 augustus wordt hij getransporteerd naar het kamp Amersfoort (Gevangennummer 6157). Op 8 september 1944 werd hij met de vermelding ‘Arbeitseinsatz Reich’ op transport gesteld. Met in totaal 1165 personen, vervoerd in veewagens, komt Pieter (Häftlingnummer 49553) aan in het concentratiekamp Neuengamme bij Hamburg.
De overlevingskansen in het kamp zijn vanwege de zeer slechte hygiënische toestand niet groot. Veel gevangenen kregen meteen het kenmerk ‘Torsperre’. Dat betekende dat je de poort wél binnen kwam, maar er nooit meer levend uit ging. In feite was het een doodvonnis. Deze ‘Torsperre’ werden in de arrestbunker in het hoofdkamp Neuengamme opgehangen. De arrestbunker was een houten gebouw van acht bij zes meter, met cellen voor de ‘Toteskandidaten’. Hoewel deze personen werden opgehangen, werd in de Duitse overlijdensakten een doodsoorzaak verzonnen, vaak dysenterie of enterocolitis. De overledenen werden gecremeerd, hun as werd uitgestrooid op een veld.
Overlijden van Pieter van der Hoeven
In de archieven van Neuengamme is aangetekend dat Pieter van der Hoeven op 10 januari 1945 om 6.00 uur in het Stammlager Hamburg-Neuengamme (adres: Hausdeich 60) is overleden, ten gevolge van ‘Enterokolitis’. Pieter werd 18 jaar oud.
Pas in het voorjaar 1945, in de laatste oorlogsmaanden, verneemt de familie Van der Hoeven iets over het lot van Pieter. Vader Jan van der Hoeven vervoert samen met een zoon water vanaf het huis van Gerrit Snijders aan de Zuidzijde (aangesloten op de waterleiding van Zuid-Beijerland) naar Nieuw-Beijerland. In het dorp gaat het gerucht dat Pieter is overleden, klaarblijkelijk is er iemand ingelicht. Het gezin verblijft een week in onzekerheid, dan pas komt dominee Speelman bij de familie op het evacuatie adres aan de Zuidzijde het slechte nieuws bevestigen. Door het IB/NRK werd op 17 juli 1946 een ‘Kennisgeving overlijden’ gezonden aan de Burgerlijke Stand van de gemeente Numansdorp.
De naam van Pieter van der Hoeven en zijn nagedachtenis van leven voort op:
- Het Herdenkingsmonument Korendijk, in Piershil
Dit levensverhaal en bijbehorende afbeeldingen is een weergave van een eerder verschenen artikel op:
https://wo2-hoekschewaard.nl/piershil/pieter-van-der-hoeven-%e2%80%a0-10-januari-1945-2/
laatst bijgewerkt: 4 maart 2025