Skip to main content
(uitsnede) portret Catharina Traas - de Jager - bron: Albert Oosthoek

Traas – de Jager, Catharina

Zij werd geboren op 25 januari 1887 te Baarland, als dochter van Gillis de Jager (1860-1941) en Maria Catharina Bruggeman (1866-1887). Het gezin woonde in Wijk C nr. 128 in Baarland.
Catharina was pas vier maanden toen haar moeder, op 24-jarige leeftijd, overleed. Haar vader hertrouwde in 1891 met Willemina Frederika Johanna Middel (1865-1921) en Catharina groeide op in het gezin met vier halfbroers en twee halfzussen. Zij leerde Jan Traas (1885-1961) uit Kapelle kennen en trouwde op 19 november 1908 in Baarland. Het jonge paar verhuisde naar Kapelle waar twee dochters werden geboren.
Drie jaar later vertrok het gezin naar Ellewoutsdijk. Hier zagen nog dertien kinderen het levenslicht, waarvan een zoon kort na de geboorte overleed.
In 1930 verkoopt het echtpaar de boerderij met landerijen en het gezin, tien dochters en vier zonen, verhuist naar de Hoeksche Waard en betrekken in Nieuw-Beijerland, een boerderij op het adres Zinkweg B48 in de buurtschap Zinkweg.

De Tweede Wereldoorlog in de Hoeksche Waard
Op het Zuid-Hollandse eiland Hoeksche Waard is tijdens de Tweede Wereldoorlog een krachtig en goed georganiseerd verzet tegen de Duitse bezetters. Een belangrijke basis daarvan is de grote boerderij van de familie Traas in de buurtschap Zinkweg, ten zuiden van Oud-Beijerland. Er wonen in het midden van de oorlog nog zeven kinderen thuis. Zoon Israël Traas was een van de leiders van het lokale verzet en ook vader Jan en zoon Marien zijn actief. Op de boerderij is het een komen en gaan van onderduikers en de Groep Zinkweg verspreidt, vanuit de boerderij, het illegale blad Trouw, waarbij de dochters actief betrokken zijn. De verzetsgroep houdt zich bezig met het maken van valse persoonsbewijzen en pleegt een overval op het postkantoor om bonkaarten en geld voor de onderduikers te bemachtigen. Catharina Traas is een ‘moeder’ voor alle mannen en vrouwen die op de boerderij wonen, ondergedoken zijn of over de vloer komen. Zij wordt daarbij actief geholpen door haar man en dochters.
Vanaf september 1944 vormt een deel van de groep Zinkweg, een goed gewapende knokploeg, die verschillende acties uitvoert. De meest ingrijpende vond plaats in februari 1945. Na rijp beraad is besloten dat de verraderlijke NSB-burgemeester Simonis geliquideerd moet worden: hij is een gevaar voor de bevolking en ook voor de onderduikers. Vier leden van de knokploeg wachten hem op 17 februari ‘45, onder Heinenoord, op en schieten hem neer. De Duitsers nemen ogenblikkelijk en vreselijk wraak.

‘Moeder’
De volgende dag brengen ze tien verzetsmensen vanuit het Oranjehotel te Scheveningen naar de plaats van de aanslag en schieten de mannen dood. Een van hen gilt in doodsnood ‘ Moeder’.
De boerderij komt steeds meer onder verdenking te staan en op 22 april ‘45 gaat het mis: een overval. De onderduikers proberen een schuilplaats te zoeken maar dat lukt niet iedereen.
Een aantal wordt gearresteerd en met hen worden ook vader Jan en zoon Marien afgevoerd naar het politiebureau in Rotterdam.
Pas op 6 mei komen ze vrij en moeten ze maar zien thuis te komen. Dat is niet zo eenvoudig want de Duitsers zijn nog alom aanwezig.
Twee dagen na de bevrijding, op 7 mei, komt een Duitse eenheid het erf op. Zoon Marien is net terug uit de gevangenis en vader Jan is nog onderweg. De Canadezen zijn nog niet gearriveerd in Oud-Beijerland en de Duitse militairen denken niet aan opgeven. Een van de militairen heeft een jas achtergelaten, beweren ze. De soldaten treden agressief op. Catharina probeert ze te kalmeren, maar dat heeft geen resultaat. Ze roept iedereen naar binnen te gaan. Moeder Traas gaat als laatste en sluit de deur. Er volgt een salvo uit een machinepistool dwars door de deur en Catharina Traas wordt dodelijk getroffen. Catharina dacht niet aan zichzelf en durfde tegen de stroom in te roeien en een krachtige keuze te maken, vanuit een Christelijk plichtsbesef. Zij heeft dit met de dood moeten bekopen.

Vreugde en verdriet
Kort na de schietpartij arriveren de Canadese bevrijders in het dorp. Zij worden feestelijk begroet door de bevolking, maar er wordt ook gerouwd om Catharina Traas, de moeder van het verzet. De dader van deze zinloze moord is niet bestraft, maar gewoon als krijgsgevangene afgevoerd.
Catharina Traas is op 10 mei 1945, onder grote belangstelling, begraven op de algemene begraafplaats in Oud-Beijerland en later herbegraven op het Nationaal Ereveld te Loenen. De stoffelijke resten van haar man Jan Traas (1885-1961) zijn naamloos in dit graf bijgezet. Op het Ereveld liggen mensen die met inzet van eigen leven de vrijheid hebben bevochten en opstonden tegen het onrecht uit hun tijd.

Haar naam en nagedachtenis leven voort:

  • Monument ‘Moeder’ bij Heinenoord
  • Monument burgerslachtoffers WO II  in Piershil
  • Oud-Beijerland eert de ‘moeder van het verzet’ met de Catharina Traas – de Jagerstraat.         
  • Leerlingen van groep 6, 7 en 8 die het Nationaal Ereveld Loenen bezoeken, lopen in hun route langs het graf van Catharina Traas – de Jager – en ontdekken haar verhaal.

bronnen:

  • Bax, Marjolein, Een wrang feest, (Amsterdam 2020)
  • Brand, Simon M., Het verzet in de Hoeksche Waard (Strijen 1976)
  • Brand, Simon M., Het verzet in de Hoeksche Waard II (Strijen 1995)
  • Dekker, Loek, e.a., Oorlog in de Hoeksche Waard 1940-1945, (Museum Hoeksche Waard 2015)
  • Heerze, Jan, Elk mens telt, een rondgang over ereveld Loenen, (Oorlogsgravenstichting 2011)
  • www.wo2-hoekschewaard.nl
  • www.oorlogsgravenstichting.nl

laatst bijgewerkt: 28 december 2024

Link naar monument en thema