
Theresienstadt
Het vestingstadje Theresienstadt, op zo’n zestig kilometer van Praag, werd in 1941 onder Duits commando omgebouwd tot concentratiekamp Theresienstadt. De eerste treinen konden in de herfst van dat jaar vertrekken naar het kamp.
Theresienstadt was een zogeheten doorvoerkamp en had geen gaskamer. Joden verbleven hier enkele maanden of jaren, waarna ze werden gedeporteerd naar werk- en vernietigingskampen, zoals Auschwitz.
De voorzieningen waren erbarmelijk. De kamers waren veel te vol, er was te weinig eten en ziekten verspreidden zich razendsnel in het volgepakte kamp. In het kamp kwamen voornamelijk prominente Joden, gedecoreerde oorlogsveteranen uit de Eerste Wereldoorlog, bekende muzikanten, schilders, schrijvers en geleerden. Of wel: Joden waarvan het erg zou opvallen als ze ineens verdwenen zouden zijn.
Het kamp werd bij uitstek een propagandamiddel voor de Duitsers. Er was een cultureel leven, met concerten en onderwijs. Componisten maakten muziek om te overleven, midden in de hel, in 1944, ontstond zelfs een opera: een bittere allegorie over een nietsontziende heerser. De uitvoering werd verboden.
Kinderen kregen tekenles en werden aangespoord gedichtjes te maken. In de herdenkingszaal van het museum, dat het kamp nu is, zijn vele tientallen tekeningen en gedichtjes te bewonderen, een herinnering aan de kinderen die de Holocaust niet hebben overleefd.
Buiten schot bleef dat er tenminste 33.000 mensen in Theresienstadt overleden door ondervoeding en ziekten als difterie en er zeker 88.000 mensen gedeporteerd werden, veelal naar Auschwitz.
Het Deense Rode Kruis wilde in 1943 controleren of de Deense Joden die in het kamp gearriveerd waren, goed werden verzorgd. Natuurlijk mocht dat, maar niet eerder dan dat het bezoek zorgvuldig was voorbereid. Er werden tuinen aangelegd, fictieve winkels geopend, kleuterscholen en een koffiehuis opgericht. Veel Joden werden alvast naar Auschwitz gestuurd zodat de overgebleven gevangenen met niet meer dan drie mensen op een kamer zaten.
Op 23 juni 1944 was het zover: de inspectie in het ‘modelkamp’ door het Deense en Internationale Rode Kruis. Het Rode Kruis was zeer tevreden en had niet door dat ze niet de echte werkelijkheid gezien hadden. Het bezoek verliep zo voorspoedig, dat de nazi’s besloten een propagandafilm over Theresienstadt te maken. Dan kon de wereld zien hoe goed de Joden het hadden. De opnames van de film waren van 1 tot 10 september 1944 en de film zou begin 1945 uitkomen. De film kreeg de naam Theresienstadt met de pakkende ondertitel: De geschonken stad. Blije kinderen tonen in de film hoe fijn ze het hadden. Toen de film klaar was werden alle acteurs, inclusief de kinderen, en de Joodse regisseur Kurt Gerson, afgevoerd naar Auschwitz en bij aankomst vergast.
Op 9 mei 1945 werd het kamp bevrijd door de Russen. Theresienstadt is ingericht als museum met de tekeningen en gedichtjes van de kinderen en de propagandafilm wordt vertoond.
bronnen:
- https://www.nationalgeographic.nl/geschiedenis-archeologie/a44698325/theresienstadt
- https://encyclopedia.ushmm.org/content/en/article/theresienstadt
- https://www.youtube.com/watch?v=P9V6d2Y1WjE (link naar de film)
- De afbeeldingen van Theresienstadt zowel op deze pagina als bij een aantal slachtofferverhalen, zijn gemaakt door Stella van Zanten.
laatste bijgewerkt: 14 september 2024