
Winter, Hendrik de
Hij werd geboren op 20 oktober 1902 te Strijen als zoon van Jacob de Winter (1865-1938) en Adriaantje van der Linden (1873-1913). Henk was de jongste in het gezin en groeide op met twee broers en twee zussen. Moeder Adriaantje overleed in 1913: Henk was toen nog maar 10 jaar oud.
In 1921 tekent Henk voor 7 jaar als aspirant-onderofficier bij de Koloniale Troepen (KNIL). Sergeant der Infanterie De Winter gaat in 1928 voor een nieuwe termijn van zes jaar en vertrekt naar Indië. In 1933 komt Henk met verlof naar Strijen en een half jaar later vertrekt hij met de MS Baloeran weer naar Indië. Dorpsgenoot Leendert Cornelis den Haan, eveneens aangesloten bij de KNIL, vaart met hem mee.
Met dat zelfde schip komt hij in 1937 weer terug, dit keer om te trouwen met Lijsje van Soest (1910-1942). Het jonge echtpaar krijgt toestemming om samen af te reizen naar Indië en vier dagen na hun huwelijk vertrekken zij op 10 oktober 1937.
Het echtpaar gaat wonen in Malang op Java en daar worden Jacobus Cornelis (07 oktober 1938) en Cornelis Hendrik (1940) geboren.
Henk de Winter is inmiddels opgeklommen tot adjudant-onderofficier bij de infanterie, 4e batterij. In de nacht van 10 op 11 januari 1942 vallen Japanse soldaten Nederlands-Indië binnen. Japan staat aan de kant van Duitsers. Er wordt hard gevochten, ook op zee. Het KNIL-leger is niet sterk genoeg voor het Japanse leger en op 8 maart 1942 capituleert Nederlands-Indië.
Het gezin De Winter wordt geïnterneerd in het kamp Tantoei op Ambon.
Henk komt in een kamp voor mannen en zijn vrouw en zoons Jaco en Kees in een vrouwenkamp. Beide kampen liggen naast elkaar, gescheiden door prikkeldraad, maar contact is ten strengste verboden. De gezondheid van zijn vrouw gaat snel achteruit en hij vraagt verlof om zijn vrouw te kunnen bezoeken. Dat wordt hem geweigerd. Zijn vrouw sterft op 12 oktober 1942 en van achter het prikkeldraad ziet hij de uitvaart van zijn vrouw, niet wetend dat het zijn vrouw betreft.
Omdat het kamp in de aanvliegroute Japan-Java ligt, wordt op 26 oktober het mannenkamp ontruimd. Ca. 900 Australische krijgsgevangenen en 292 KNIL militairen gaan met het Japanse schip, de SS ‘Taiko Maru’, op weg naar het Chinese eiland Hainan, dat door Japan was bezet. Henk de Winter is een van de krijgsgevangenen, het wordt een gevaarlijke zeereis. Veel krijgsgevangenen lopen dysenterie op.
Vanuit ‘Hsiao-Ling camp’ worden ze onder verschrikkelijke omstandigheden gedwongen te werken in de ijzermijnen, steenfabrieken of bij de aanleg van vliegvelden en wegen. Hendrik de Winter overleed op 3 juni 1945 aan de gevolgen van ondervoeding, uitputting, honger, ziekte en slechte behandeling. Zijn laatste rustplaats is op het Sai Wan Cemetery te Hong-Kong, v/r/nr/: 3 N 6.
De naam van Hendrik de Winter blijft in herinnering verbonden aan ‘s-Gravendeel op de plaquette burgerslachtoffers in ‘s-Gravendeel en De Erelijst van Gevallenen 1940-1945 Hal van de Tweede Kamer.
bronnen:
- interview zoon C.H. de Winter, door Will van Velsen
- https://oorlogsgravenstichting.nl/personen/172288/hendrik-de-winter
laatst bijgewerkt: 14 september 2024