Skip to main content

Dawson, Douglas James

Douglas werd geboren op 10 november 1924 in Cookstown, Simcoe County, Ontario in Canada. Zijn vader was Thomas James Dawson, 31 jaar en zijn moeder was Isobel Carolyne Forbes, 23 jaar. Zij trouwden op 17 Aug 1921 in Dufferin, Ontario, Canada. Zijn vader bezat een drogisterij. Het gezin kreeg vier zonen, waarvan Douglas de op één na oudste was. Zijn oudere broer Gordon werd geboren in 1922 (†1944). Zijn jongere broer Grant Angus werd geboren in 1929 (†2021) en zijn broer Alan in 1935. 

In 1941 behaalde Douglas aan de middelbare school van zijn woonplaats zijn diploma en begon een opleiding voor metaalbewerker bij de Canada Cycle & Motor Company in de plaats Weston (welke plaats tegenwoordig deel uitmaakt van de stad Toronto). Daar werkte hij twee jaar.  Douglas was niet erg geïnteresseerd in sport maar was meer geïnteresseerd in theorie en lezen. Zijn tweede taal was Latijn.

Op 13 april 1943 meldde hij zich aan bij de Royal Canadian Air Force (RCAF) in Toronto, Canada en kreeg het dienstnummer J/90321. Nadat hij zijn basis- en een technische training had gevolgd, werd Douglas op 20 september 1943 geplaatst bij No. 9 Bomb and Gunnery school, gestationeerd op de RCAF basis Mont-Joli, in Quebec, Canada. Er werd getraind met lichte bommenwerpers van het type Fairey Battle. Nadat hij zijn opleiding tot boordschutter succesvol had afgesloten, werd hij op 29 oktober 1943 bevorderd tot sergeant. Op 11 november 1943 werd hij overzee uitgezonden naar Engeland. 

(Details over zijn aankomst in Engeland zijn niet bekend maar gelet op de informatie die beschikbaar is over de andere bemanningsleden, kan met redelijke zekerheid worden aangenomen dat Douglas in maart 1944 werd geplaatst bij No. 12 Operational Training Unit (12 OTU.) welke eenheid was gestationeerd op de vliegbasis RAF. Chipping Warden, gelegen 10 km ten noordoosten van Banbury, nabij het dorp Chipping Warden, in het Engelse graafschap Northamptonshire. Bij dit onderdeel werden de bemanningen geformeerd (met uitzondering van de boordwerktuigkundige), die hier zouden trainen om als één bemanning te leren vliegen in het Europese oorlogsluchtruim). Naar alle waarschijnlijkheid werd Douglas hier toegevoegd aan de bemanning van Peter Bickford als rugkoepelschutter. 
Na deze opleiding volgde in mei 1944 een plaatsing bij het No. 1657 (Heavy) Conversion Unit (CU) welke eenheid was gestationeerd op de vliegbasis RAF Stradishall, gelegen 11 km ten noordoosten van Haverhill en 15 km ten zuidwesten van Bury St. Edmunds, Suffolk, waar de bemanning werd opgeleid voor het vliegen met viermotorige zware bommenwerpers. Bij dit onderdeel voegde de boordwerktuigkundige zich bij de bemanning. 
Aansluitend volgde voor Douglas en de overige bemanningsleden een plaatsing bij No.3 Lancaster Finishing School (3 LFS), welke eenheid was gestationeerd op de vliegbasis RAF Feltwell, gelegen nabij Norfolk, East Anglia, waar 12 vlieguren dienden te worden gemaakt. Na deze opleiding werd Douglas met de andere bemanningsleden ingedeeld bij een operationeel Lancaster squadron.

De laatste lucht, crash op 16 september 1944 ter hoogte van Strijensas

Op 16 september 1944 werd Douglas met de Bickford bemanning ingedeeld voor een aanvalsvlucht. 
Om 21:28 uur ( LT), vertrok de  Lancaster Mk.III, met serienummer LM693 en rompcode KO-T  ‘T voor Tommy’ vanaf de vliegbasis RAF Witchford, met aan boord de bemanning van Peter Bickford. De bommenwerper behoorde tot een aanvalsmacht van 48 (of 54) zware Lancaster bommenwerpers en 5 Mosquito jachtbommenwerpers. Het doel van die nacht waren de FLAK stellingen bij de Moerdijkbruggen ter ondersteuning van de luchtlandingsoperatie Market-Garden bij Arnhem. Van deze missie kwam hij niet meer terug.
Naar alle waarschijnlijkheid was dit ook voor Douglas zijn 29e operationele missie met de bemanning van Peter Bickford en voorlaatste van de verplichte toer van 30 operationele missies. Helaas kwam hij niet meer terug van deze missie. Douglas vloog deze vlucht in de rang van F/S (Sgt-Maj.). 

Douglas Dawson werd slecht 21 jaar.

Douglas Dawson, 21 jaar oud, werd aanvankelijk door de Duitse bezetter begraven in een veldgraf en, later werd hij overgebracht naar de Algemene Begraafplaats in Strijen waar hij tot op heden rust. 
Op 13 december 1944 werd Douglas Dawson met terugwerkende kracht vanaf 16 september 1944 postuum bevorderd tot P/O (2e Lt.).

De naam van Douglas Dawson en zijn gedachtenis leven voort:

* Monument 1940-1945 te Strijen
* Monument Luchtoorlog Hoeksche Waard, Oud-Beijerland

Bronnen

laatst bijgewerkt: 28 november 2024

Link naar monument en thema