Skip to main content

Mug, Aaltje

Zij werd geboren op 12 september 1926 in Rotterdam als dochter van David Mug (1883-1932) en Saartje Sanders (1885-1942). Aaltje was de jongste in het gezin van vier kinderen. Zij was nog maar zes jaar toen haar vader in 1932 overleed en moeder Saartje  achterbleef met vier jonge kinderen.

Haar moeder hertrouwde in juli 1940 in Rotterdam met Hessel Frenkel (1883-1942) en verhuisde naar Zinkweg nummer 125  in Oud-Beijerland waar ze de verzorging op zich nam van het gezin van haar man Hessel.

Aaltje verdiende de kost als dienstbode maar dat werd als Joodse vrouw steeds moeilijker. Joden kregen te maken met allerlei beperkende maatregelen. Zij verhuisde op enig moment ook naar de Zinkweg, naar haar moeder.

Deportatie van Joden

In de zomer van 1942 toen de deportaties van Joden begonnen, werden Aaltje en het samengestelde gezin van haar moeder en Hessel Frenkel gesommeerd naar Amsterdam te verhuizen en werden op verschillende adressen ondergebracht.

Aaltje, haar moeder Saartje, stiefvader Hessel, zijn kinderen Mozes en Elisabeth werden in Amsterdam opgepakt en met tientallen andere Joden vervoerd naar Kamp Westerbork, waar zij op 30 oktober 1942 werden geregistreerd. Op 2 november 1942 bracht de trein Aaltje Mug naar Kamp Auschwitz.

Direct bij aankomst op 5 november 1942 eindigde het leven van Aaltje Mug, 16 jaar oud, in de gaskamer van Auschwitz, evenals dat van haar moeder Saartje. 

Haar zus Sibilla, broer Abraham en zijn vrouw Saartje werden op 30 september 1942 vergast in Auschwitz. Haar broer Izaak overleefde de oorlog en stierf in 2009 op bijna honderdjarige leeftijd.

De naam van Aaltje Mug en haar nagedachtenis leven voort op:

  • Het Joods monument aan de Bierkade in Oud-Beijerland
  • Het Nationaal Holocaust Namenmonument – Amsterdam

Bronnen

laatst bijgewerkt: 22 maart 2025

Persoonlijke documenten
Achtergrondinformatie

Link naar monument en thema