Skip to main content

Notenboom, Pieter Teunis

Hij werd geboren op 17 september 1913 te Numansdorp als zoon van Tobias Notenboom (1875-1949) en Jannigje Reedijk (1877-1936). Voor zover bekend groeide Piet op met zijn broers Arie en Jan.

Piet leerde Ingetje Kooijman (1917-2010) kennen; zij trouwden en gingen wonen aan de Blaaksedijk A 123. Zij kregen twee dochters, Janny en Willy.

Piet was chauffeur bij het Zand- en grindbedrijf Reedijk aan de Oud-Heinenoordseweg in Heinenoord. Zijn broers Arie en Jan waren landbouwknecht bij boer Groeneveld aan de Blaaksedijk.

Was Piet Notenboom actief in het verzet? Was hij betrokken bij de voorbereiding van verzetsacties in Rotterdam, bijvoorbeeld bij een bezetting van de Maastunnel? Dat zijn vragen waarop we ook nu, na 80 jaar, geen antwoord hebben gevonden.

Wel weten we dat er op 7 september 1944 een aantal mannen, waaronder Piet Notenboom, bijeen waren in een huis aan de Bloemkwekersstraat 56b te Rotterdam.

Frank van Riet, beschrijft die situatie in zijn boek Handhaven onder de nieuwe orde -de politieke geschiedenis van de Rotterdamse politie tijdens de Tweede Wereldoorlog-, als volgt.

7 september 1944

‘Op donderdag 7 september 1944 werd bij Hoffmann van de Aussenstelle aangifte gedaan van het feit, dat in de woning van een zekere Cohen in de Bloemkwekersstraat 56b te Rotterdam een illegale organisatie zetelde, die het plan had de Maastunnel te bezetten. Hoffmann is direct met de hem ondergeschikte Sipo-beambten Gerrese en Hermjohannes naar deze woning gegaan. In het opgegeven pand trof hij in een kamer een zestal mannen en enige vrouwen en kinderen aan, die naar de radio luisterden. Omdat Hoffmann van oordeel was, dat dit een illegale bijeenkomst was, moesten de mannen met de handen omhoog gaan staan, terwijl hij de vrouwen en kinderen de kamer uitstuurde. 

Na een ingesteld onderzoek bleek dat een van de mannen een Duitse deserteur was en van een pistool bij zich had. Deze feiten waren voor Hoffmann voldoende om de man direct dood te schieten. Hierna stuurde Hoffmann Gerrese naar de Dienststelle teneinde versterking te halen. De overige vijf mannen moesten op de grond gaan liggen. Ondertussen werd door Hermjohannes in de kamer een lijst met namen en adressen gevonden. Uit het verhoor van de vijf mannen bleek dat deze lijst de namen en adressen bevatten van al degenen die tot de illegale organisatie van Cohen behoorden en dat de in de kamer aanwezige personen eveneens tot deze organisatie behoorden. Kort daarop kwam Gerrese met enkele Sipo-beambten terug, waarna Hoffmann de vijf mannen liet opstaan. Hij zag dat een van de mannen naar zijn binnenzak greep. Omdat Hoffmann verwachtte, dat zich daar een vuurwapen bevond, schoot hij met zijn dienstwapen, dat hij in zijn hand gereed hield, op deze man, terwijl hij daarbij richtte op diens hoofd. Tegelijkertijd gaf hij een van zijn ondergeschikten bevel te schieten, omdat hij ook bij de andere arrestanten verzet verwachtte. Hij hoorde dat deze zijn machinepistool afvuurde, waarna hij zag, dat de vier nog overeind staande mannen op de grond vielen. Door Hoffmann werd geconstateerd dat de volgende vijf mannen dood waren:

Christiaan Matthijs van Elderen (11.09.1921 Rotterdam), Christiaan Dirk Huisman (29.07.1912 Rotterdam), Pieter Teunis Notenboom (17.09.1913 Numansdorp), Leendert de Groen (16.01.1898 Oud-Beijerland) en Johannes Hendricus Verkoelen (26.08.1925 Rotterdam) overleden ter plaatse.’ 

De vraag blijft: hoe kenden deze mensen elkaar en wat waren ze van plan? Christiaan Huisman was actief in het verzet en woonde ook in de Bloemkwekersstraat op nummer 42 en Christiaan van Elderen was al geruime tijd lid van een verzetsgroep, zo blijkt uit de weinige informatie die beschikbaar is.

De executie van de vijf mannen was ook tot de Hoeksche Waard doorgedrongen. Wim Reedijk uit Klaaswaal schreef in zijn dagboek:

‘7 september 1944 – 5 mannen zijn geëxecuteerd in Rotterdam – Pieter Teunis Notenboom van de Blaaksedijk is een van de 5. Hij behoorde tot een verzetsgroep, of zoals de bezetter het liever zegt: een ‘illegale’ organisatie die het plan had de Maastunnel in Rotterdam te bezetten. In koelen bloede is hij doodgeschoten.’

Liquidatie van de verrader

Wie had hen verraden? Uit een dossier bij het NIOD, over de Rotterdamse KP ploeg van Piet Stenstra, wordt duidelijk dat een Abram Cohen (29.10.1901 Rotterdam) mogelijk de verrader is geweest van de bijeenkomst op 7 september 1944. Het Rotterdamse verzet zat kennelijk al langere tijd achter deze man aan. Hij zou gewoond hebben in de Bloemkwekersstraat en vond ook dikwijls onderdak bij zijn dochter die, vlakbij, in de Gouvernestraat woonde. Vanaf begin 1945 stond de ‘rassenschurk’ Cohen op de liquidatielijst van het Rotterdamse verzet. Het wachten was op een bruikbare tip en die kwam binnen op 18 april 1945. Volgens de tip was hij op weg naar zijn dochter in de Gouvernestraat. Een inval volgde, Cohen kroop op de wc en werd vervolgens te grazen genomen en doodgeschoten. 

Begrafenis in Heinenoord

Het lichaam van Pieter Teunis Notenboom werd via omwegen, via het veer van Oud-Beijerland, thuis gebracht aan de Blaaksedijk. Transport over de Barendrechtse Brug was niet mogelijk, vertelde dochter Willy in 2017. Pieter Teunis Notenboom, 30 jaar, werd begraven op de Algemene Begraafplaats te Heinenoord.

Het leven nam weer zijn gewone loop en moeder Ingetje sprak nauwelijks over deze ingrijpende gebeurtenis. Zij hertrouwde later met haar zwager Arie Notenboom.

De naam van Pieter Teunis Notenboom en zijn nagedachtenis leven voort op het virtueel monument.

Bronnen

laatst bijgewerkt: 11 maart 2025

Link naar monument en thema